Sensorische informatieverwerking (voor kinderen)

De definitie van zintuiglijke prikkelverwerking is: Het vermogen om informatie uit ons lichaam en de omgeving via de zintuigen op te nemen, te verwerken en daarop te reageren met een gepaste reactie. Het gaat om het samenspel tussen informatie die binnenkomt en verwerkt wordt en de reactie daarop.

Bij elk mens komen prikkels binnen, dag en nacht, via de ogen, oren, mond, neus en huid. De meeste prikkels komen van buiten, maar ze kunnen ook vanuit je eigen lichaam komen, of vanuit je gedachten. Normaal gesproken filtert je brein op welke prikkels je moet reageren, op welke niet en hóe je dat dan doet. Ook leert je brein hoe je je reactie daarop kunt aanpassen. Deze prikkelverwerking is bijvoorbeeld heel belangrijk tijdens sociale contacten en communicatie. Er gebeurt dan heel veel tegelijkertijd in je hersenen. Er komen veel verschillende prikkels binnen die begrepen, beoordeeld en verwerkt moeten worden, en je moet ook nog reageren. Als de prikkelverwerking anders verloopt, heeft dat invloed op je informatieverwerking, gedrag en ontwikkeling.

Al die zintuigen werken de hele dag samen om ervoor te zorgen dat we goed reageren op onze omgeving. Ze informeren ons in feite over de wereld om ons heen. Ze laten ons weten dat we bij een groen stoplicht door moeten rijden en ze vertellen ons dat we bij een volle blaas naar de wc moeten. Ze bestaan afzonderlijk van elkaar, maar moeten als een geheel functioneren.

Een kind met sensorische informatieverwerkingsproblemen heeft een minder georganiseerd brein. Omdat de samenhang tussen hersenen en gedrag heel sterk is, zal zijn gedrag ook minder georganiseerd zijn. Dat kan zich op een heleboel verschillende manieren uiten.

Dat is wat herkenning van sensorische informatieverwerkingsproblematiek lastig maakt: de symptomen zijn bij ieder kind verschillend. Er zijn immers héél veel zintuigen en die werken ook nog eens bij iedereen anders.

Na aanmelding van de problemen zal de kinderfysiotherapeut eerst bekijken wat er precies aan de hand is. Er zullen testen en observaties worden afgenomen en ouders of verzorgers zullen meestal ook gevraagd worden een lijst in te vullen. Desgewenst kunnen ook de school of andere hulpverleners bij de behandeling worden betrokken.

In de therapie wordt veel gebruik gemaakt van spelmateriaal dat de verwerking van zintuiglijke informatie stimuleert. Er wordt gekeken op welke gebieden problemen bestaan en welke zintuiginformatie juist gestimuleerd of beperkt moet worden. Over het algemeen wordt de therapie op een speelse manier aangeboden. Het kind heeft inbreng in de activiteiten, en kan zo ook laten zien wat het wèl kan.